Toyota Auris: Menu-iconen
Bedienen van de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel
Het multi-informatiedisplay wordt bediend met behulp van de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel.
- : Menu-iconen weergeven/ menu-iconen selecteren
: Het weergegeven onderwerp wijzigen, omhoog/omlaag scrollen op het scherm en de cursor omhoog/omlaag bewegen
- Indrukken: Invoeren/instellen
Ingedrukt houden: Resetten - Terugkeren naar het vorige scherm
Rij-informatie
■ Rij-informatie 1/rij-informatie 2/rij-informatie 3
Geeft verschillende soorten rij-informatie weer, zoals:
- Rij-informatie 1
- Actueel brandstofverbruik (weergave meter)
- Gemiddeld brandstofverbruik (sinds resetten)
- Rij-informatie 2
- Afstand (actieradius)
- Gemiddelde rijsnelheid (sinds resetten)
- Rij-informatie 3 (indien aanwezig)
- Werkingsduur Stop & Start-systeem (na starten)
- Werkingsduur Stop & Start-systeem (sinds resetten)
De weergegeven onderwerpen (zie onderstaande lijst) kunnen worden gewijzigd via de weergave van de instellingen.
Onderwerp | Inhoud | |
Actueel brandstofverbruik (weergave meter) | Geeft het actuele brandstofverbruik aan met de weergave van een meter | |
Actueel brandstofverbruik (weergave in cijfers) | Geeft het actuele brandstofverbruik aan in cijfers | |
Gemiddeld brandstofverbruik (sinds resetten) | Geeft het gemiddelde brandstofverbruik sinds het resetten van het display weer*2, 3 | |
Gemiddeld brandstofverbruik (sinds starten) | Geeft het gemiddelde brandstofverbruik sinds het starten van de motor weer*3 | |
Gemiddeld brandstofverbruik (sinds tanken) | Geeft het gemiddelde brandstofverbruik sinds het tanken weer*3, 4 | |
Werkingsduur Stop & Start-systeem (sinds resetten)* 1 | Geeft de totale tijd aan dat de motor is gestopt door de werking van het Stop & Start-systeem sinds het systeem voor het laatst is gereset*2 | |
Werkingsduur Stop & Start-systeem (sinds starten)* 1 | Geeft de totale tijd aan dat de motor is gestopt door de werking van het Stop & Start-systeem sinds het starten van de motor | |
Gemiddelde rijsnelheid (sinds resetten) | Geeft de gemiddelde rijsnelheid sinds het resetten van het display weer*2 | |
Gemiddelde rijsnelheid (sinds resetten) | Geeft de gemiddelde rijsnelheid sinds het starten van de motor weer | |
Verstreken tijd (sinds resetten) | Geeft de verstreken tijd sinds het resetten van het display weer*2 | |
Verstreken tijd (sinds starten) | Geeft de verstreken tijd sinds het starten van de motor weer | |
Afstand (actieradius) | Geeft de actieradius bij de resterende hoeveelheid brandstof weer*4, 5 | |
Afstand (sinds starten) | Geeft de rijafstand weer sinds het starten van de auto | |
Geen weergave | Geen onderwerp |
*1: Indien aanwezig
*2: Waarden die kunnen worden gereset worden weergegeven met een cirkel
(
) in de hoek rechts boven.
Geef om te resetten het gewenste onderwerp weer en houd de toets
ingedrukt. Als beide weergegeven onderwerpen kunnen worden gereset,
wordt er een resetkeuzescherm weergegeven.
*3: Gebruik het weergegeven brandstofverbruik ter referentie.
*4: Als er een kleine hoeveelheid brandstof wordt getankt, wordt de weergave
mogelijk niet bijgewerkt.
Zet bij het tanken het contact UIT. Als brandstof wordt getankt terwijl het
contact niet UIT staat, wordt het display mogelijk niet bijgewerkt.
*5: Deze afstand wordt berekend op basis van het gemiddelde brandstofverbruik.
Hierdoor kan de werkelijke afstand die nog kan worden gereden, afwijken van de weergegeven afstand.
■ ECO-indicator (indien aanwezig)
■ Digitale snelheidsmeter Geeft de rijsnelheid weer in cijfers.
Weergave instellingen
■ Gevoeligheid waarschuwing LDA (Lane Departure Alert) (indien aanwezig) De gevoeligheid van de waarschuwing van de LDA kan op 2 verschillende niveaus worden ingesteld.
■ Toyota Parking Assist-sensor (indien aanwezig) Hiermee kan het Toyota Parking Assist Sensor-systeem worden geactiveerd/gedeactiveerd.
■ RSA (Road Sign Assist) (indien aanwezig) Hiermee kan het RSA-systeem worden geactiveerd/gedeactiveerd.
■ Regeling instrumentenverlichting Hiermee kan de helderheid van de tellers worden ingesteld in de nachtmodus*
*: Nachtmodus
■ Overige instellingen Hiermee kunnen de volgende instellingen worden gewijzigd:
-
Instellingen RSA (Road Sign Assist) (indien aanwezig)
-
Meldingsmethode (snelheidsoverschrijding/overige waarschuwingen)
Hiermee kan de meldingsmethode van de volgende waarschuwingen worden ingesteld op geen melding/alleen display/display en zoemer.Waarschuwing snelheidsoverschrijding: Waarschuwt de bestuurder als de op het verkeersbord voor de snelheidslimiet op het multi-informatiedisplay weergegeven snelheid wordt overschreden.
Overige waarschuwingen: Waarschuwt de bestuurder als het systeem signaleert dat uw auto een ander voertuig inhaalt terwijl er een verkeersbord voor een inhaalverbod wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay.
-
Meldingsniveau snelheidsoverschrijding
Hiermee kan worden ingesteld bij welke snelheidsoverschrijding de waarschuwing snelheidsoverschrijding wordt geactiveerd als de op het verkeersbord voor de snelheidslimiet op het multi-informatiedisplay weergegeven snelheid wordt overschreden.
-
-
Instellingen Stop & Start-systeem (indien aanwezig)
De werkingsduur van het Stop & Start-systeem als de airconditioning is ingeschakeld met de aircoschakelaar, kan op 2 verschillende niveaus worden ingesteld. -
Eenheden
Hiermee kunnen de op het multi-informatiedisplay weergegeven meeteenheden worden gewijzigd. -
ECO-controlelampje (indien aanwezig)
Hiermee kunt u het ECO-controlelampje in- en uitschakelen. -
Rij-informatie 1/rij-informatie 2/rij-informatie 3
Hiermee kunnen maximaal 2 items worden weergegeven op respectievelijk het scherm "Rij-informatie 1" en "Rij-informatie 2" en "Rij-informatie 3" (indien aanwezig). -
Pop-updisplay
Hiermee kunnen de volgende pop-updisplays worden in-/uitgeschakeld.-
Display van binnenkomende oproepen van het handsfree-systeem (indien aanwezig)
-
Display van de routebegeleiding van het aan het navigatiesysteem gekoppelde systeem (indien aanwezig)
-
Stop & Start-systeem (indien aanwezig)
-
-
Initialisatie
Hiermee kunnen de instellingen van de weergave van het instrumentenpaneel worden gereset.
■ Taal Hiermee kan de taal op het display worden gewijzigd.
■ECO-indicator (indien aanwezig)
- ECO-controlelampje
Tijdens milieuvriendelijk accelereren (ECO-rijden) gaat het ECO-controlelampje branden. Wanneer de acceleratie de bovengrens van de ECO-zone overschrijdt of wanneer de auto tot stilstand komt, gaat het lampje uit. - Eco-indicator
Toont ECO-zone bij milieuvriendelijk rijden op basis van de acceleratie. - Mate van milieuvriendelijk rijden op basis van de acceleratie
Het aantal groene segmenten dat wordt weergegeven door de ECO-indicator neemt af/toe afhankelijk van de acceleratie van de auto.
Als de acceleratie de bovengrens van de ECO-zone overschrijdt, verdwijnen alle groene segmenten en gaat het ECO-controlelampje uit. - ECO-zone
In de volgende gevallen werkt de ECO-indicator niet:
- De selectiehendel staat in een andere stand dan D.
- De paddle shift-schakelaar (indien aanwezig) wordt bediend.
- Sportmodus is geselecteerd.
- De rijsnelheid is ongeveer 130 km/h of hoger.
■Pop-updisplay informatie Stop & Start-systeem (indien aanwezig) Onder bepaalde omstandigheden wordt tijdelijk de volgende informatie over het Stop & Start-systeem weergegeven op het multi-informatiedisplay:
- Actuele werkingsduur Stop & Start-systeem
- Meldingen bedrijfsstatus Stop & Start-systeem
■Helderheid van de tellers (dagmodus en nachtmodus)
- De helderheid van de tellers wordt gewisseld tussen dagmodus en nachtmodus.
Auto's zonder automatische verlichting
- Dagmodus: Wanneer de achterlichten zijn uitgeschakeld
- Nachtmodus: Wanneer de achterlichten zijn ingeschakeld
Auto's met automatische verlichting
- Dagmodus: Wanneer de achterlichten zijn uitgeschakeld of wanneer de achterlichten zijn ingeschakeld, maar de omgeving licht is
- Nachtmodus: Wanneer de achterlichten zijn ingeschakeld en de omgeving donker is
- In de nachtmodus wordt de helderheid van de tellers iets minder, tenzij de maximale helderheid van de tellers is ingesteld.
■Onderbreking van de weergave van de instellingen
- Tijdens het rijden is het niet mogelijk om de instellingsmodus van het multiinformatiedisplay te selecteren. Breng de auto voordat u de instellingen gaat wijzigen op een veilige plaats tot stilstand.
- In de volgende situaties kan de bediening van een aantal functies op het
instellingendisplay tijdelijk worden uitgeschakeld.
- Wanneer er een waarschuwingsmelding op het multi-informatiedisplay verschijnt.
- Wanneer de auto begint te rijden
■Bij het losnemen en aansluiten van de accukabels De gegevens voor de rij-informatie* worden gereset.
*: Behalve werkingsduur Stop & Start-systeem
■LCD-scherm Op het scherm kunnen kleine vlekjes of lichte puntjes verschijnen. Dit verschijnsel is kenmerkend voor LCD-schermen en u kunt het scherm zonder problemen blijven gebruiken.
■Beëindigen van weergave Wanneer het contact UIT wordt gezet, worden de volgende gegevens over de huidige rit tijdelijk weergegeven op het multi-informatiedisplay.
- Verstreken tijd (sinds starten)
- Afstand (sinds starten)
- Gemiddeld brandstofverbruik (sinds starten)
WAARSCHUWING
■Waarschuwingen voor het gebruik tijdens het rijden
- Wanneer u het multi-informatiedisplay tijdens het rijden bedient, let dan extra goed op de veiligheid rondom de auto.
- Kijk tijdens het rijden niet voortdurend op het multi-informatiedisplay, aangezien u anders voetgangers, objecten op de weg, enz. over het hoofd kunt zien.
■Informatiedisplay bij lage temperaturen Laat het interieur van de auto op temperatuur komen alvorens het informatiedisplay te gebruiken. Bij extreem lage temperaturen kan het informatiedisplay trager reageren en worden wijzigingen mogelijk met enige vertraging weergegeven.
Zo kan er bijvoorbeeld een vertraging ontstaan tussen het schakelen door de bestuurder en de weergave van de ingeschakelde versnelling op het display.
Deze vertraging kan de bestuurder doen besluiten nogmaals terug te schakelen, waardoor er snel en te sterk op de motor wordt afgeremd en er een aanrijding kan ontstaan, mogelijk met ernstig letsel tot gevolg.
■Waarschuwing bij het instellen van het display Aangezien de motor tijdens het instellen van het display moet draaien, dient de auto te worden geparkeerd op een plaats met voldoende ventilatie. In een afgesloten ruimte, zoals een garage, kunnen uitlaatgassen die het schadelijke koolmonoxide (CO) bevatten, zich ophopen en in de auto terechtkomen. Dit kan zeer schadelijk zijn voor de gezondheid.
OPMERKING
■Tijdens het instellen van het display Om te voorkomen dat de accu leeg raakt, dient de motor te draaien terwijl de displayinstellingen worden aangepast.
Zie ook:
Citroen C4. Alarm
Dit systeem beveiligt uw auto tegen inbraak en diefstal. Het systeem bestaat
uit de volgende typen beveiliging:
- uitwendige beveiliging
Dit systeem houdt de te openen carrosseriedelen van de auto ...
KIA Cee'd. 12V-aansluiting
De 12 V-aansluiting is ontworpen om mobiele telefoons en andere apparaten die
in
de auto gebruikt kunnen worden, op te laden. Deze apparaten mogen niet meer dan
10 A afnemen als de motor draa ...