Peugeot 308: Reservewiel
In het geval van een lekke band kunt u het wiel met het bij de auto geleverde gereedschap verwisselen volgens de onderstaande procedure.
Toegang tot het gereedschap
Het gereedschap bevindt zich onder de vloer
De krik mag uitsluitend worden gebruikt voor het verwisselen
van een wiel met een beschadigde band.
De krik is onderhoudsvrij. De krik voldoet aan de Europese regelgeving zoals deze is vastgelegd in de Richtlijn 2006/42/EG over machines. |
Beschikbaar gereedschap
Dit gereedschap is specifiek voor uw auto en kan, afhankelijk van de uitvoering van uw auto, verschillen. Gebruik het niet voor andere doeleinden.
- Wielsleutel.
Hiermee kan de wieldop worden verwijderd en kunnen de wielbouten worden losgedraaid.
- Krik met geïntegreerde slinger.
Hiermee kan de auto worden opgekrikt.
- Gereedschap voor het verwijderen van sierdoppen van wielbouten.
Hiermee kunnen bij lichtmetalen velgen de sierdoppen van de wielbouten worden verwijderd.
- Dop voor het verwijderen van slotbouten (in het
dashboardkastje).
Hiermee kunnen met behulp van de wielsleutel de speciale slotbouten worden verwijderd.
- Sleepoog.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over het slepen. |
Wiel met wieldop Monteren: plaats de wieldop, begin bij de ventielopening en druk de wieldop rondom met de hand vast. |
Toegang tot het reservewiel
Het reservewiel bevindt zich onder de vloer van de bagageruimte.
Afhankelijk van het land van bestemming, is er een stalen reservewiel, een lichtmetalen reservewiel of noodreservewiel aanwezig.
Verwijderen van het reservewiel
- Draai de gekleurde centrale moer los.
- Verwijder het bevestigingssysteem (moer en bout).
- Til het reservewiel aan de achterzijde op en trek het naar u toe.
- Verwijder het wiel uit de bagageruimte.
Terugplaatsen van het wiel
- Leg het wiel in de reservewielbak.
- Draai de gekleurde moer op de bout een aantal omwentelingen los.
- Plaats het bevestigingssysteem (moer en bout) in het hart van het wiel.
- Draai de centrale moer vast tot deze klikt en het wiel goed vastzit.
- Plaats de houder met het gereedschap in het hart van het wiel en maak de houder vast.
- Plaats de polystyreen opbergbak terug.
Demonteren van het wiel
Stilzetten van de auto Zet de auto op een
plaats waar het verkeer niet gehinderd wordt en zorg ervoor dat de
auto op een horizontale, stabiele en stroeve ondergrond staat.
Zet het contact af. Als uw auto is uitgerust met een handbediende parkeerrem, trek dan de parkeerrem aan en controleer of het verklikkerlampje van het remsysteem brandt. Als uw auto is uitgerust met een elektrische parkeerrem en de automatische werking van de parkeerrem is niet geactiveerd, trek dan de parkeerrem aan en controleer of het verklikkerlampje van het remsysteem en het verklikkerlampje P op de hendel van de parkeerrem branden. Schakel bij een auto met een handgeschakelde versnellingsbak de eerste versnelling in om de wielen te blokkeren. Zet bij een auto met een automatische transmissie de selectiehendel in de stand P om de wielen te blokkeren. Controleer of de inzittenden de auto hebben verlaten en zich op een veilige plaats bevinden. Ga nooit onder een auto liggen die alleen op de krik steunt; gebruik een bok. |
- Verwijder de sierdop(pen) van de wielbout(en) met het gereedschap 3 (volgens uitvoering).
- Bevestig de dop 4 op de wielsleutel 1 en draai de slotbout een omwenteling los (volgens uitvoering).
- Draai de overige wielbouten een omwenteling los met alleen de wielsleutel 1.
Gebruik niet:
|
- Plaats het voetstuk van de krik op de grond en zorg ervoor dat het voetstuk loodrecht onder één van de twee steunpunten onder de carrosserie A of B is geplaatst. Gebruik het steunpunt dat zich het dichtste bij het te verwisselen wiel bevindt.
- Draai de krik 2 uit tot de kop van de krik het steunpunt A of B raakt; het contactvlak van het steunpunt A of B moet goed in het middelste deel van de kop van de krik steken.
- Krik de auto op tot er voldoende ruimte tussen het wiel en de grond is om het (niet lekke) reservewiel te monteren.
Zorg ervoor dat de krik stabiel staat. Op een gladde of losse ondergrond kan de krik wegglijden of wegzakken - Kans op letsel! Plaats de krik uitsluitend onder de steunpunten A of B onder de auto en zorg ervoor dat het contactvlak van het steunpunt goed in het middelste deel van de kop van de krik steekt. Zo niet, dan kan de auto beschadigd raken en/of de de krik wegzakken - Kans op letsel! |
- Verwijder de wielbouten en leg ze op een schone plaats weg.
- Verwijder het wiel.
Monteren van het wiel
Bevestiging van het noodreservewiel Indien uw auto is voorzien van lichtmetalen velgen is het normaal dat bij het monteren van het noodreservewiel de ringen van de bouten de velg niet raken. Als de bouten volledig zijn aangedraaid, zorgt het conische draagvlak van de bouten voor de bevestiging van het reservewiel. |
- Plaats het wiel op de naaf.
- Draai de wielbouten met de hand vast.
- Draai de slotbout met de wielsleutel 1 en de dop 4 (volgens uitvoering) enigszins vast.
- Draai de overige wielbouten enigszins vast met alleen de wielsleutel 1.
- Laat de krik zakken.
- Vouw de krik 2 op en verwijder hem.
- Draai de slotbout vast met de wielsleutel 1 en de dop 4 (volgens uitvoering).
- Draai de overige wielbouten vast met alleen de wielsleutel 1.
- Bevestig de dop(pen) op de wielbout(en) (volgens uitvoering).
- Berg het gereedschap op in de houder.
Na het verwisselen van het wiel Verwijder
de naafdop van het wiel om het op de juiste manier in de
bagageruimte op te bergen.
Rijd met een noodreservewiel niet sneller dan 80 km/h. Laat zo snel mogelijk het aanhaalmoment van de wielbouten en de bandenspanning van het reservewiel controleren door het PEUGEOTnetwerk of een gekwalificeerde werkplaats. Laat de lekke band zo spoedig mogelijk repareren en verwissel hem met het reservewiel. Als uw auto is uitgerust met een bandenspanningscontrolesysteem, controleer dan de bandenspanning en reset het systeem. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over het bandenspanningscontrolesysteem. |
Op deze sticker staat de bandenspanning aangegeven.
Zie ook:
Ford Focus. Automatische grootlichtregeling
WAARSCHUWING
Het systeem is niet bedoeld om de bestuurder te ontheffen van
zijn plicht om tijdens het rijden voorzichtig en oplettend te zijn.
U moet het systeem wellicht negeren als het sy ...
Opel Astra. Controle van de auto
Werkzaamheden uitvoeren
Waarschuwing
Controles in de motorruimte alleen
met uitgeschakelde ontsteking
uitvoeren.
De koelventilator kan ook bij uitgeschakelde
ontsteking gaan
draa ...