Opel Astra: Centrale vergrendeling
Ontgrendelt en vergrendelt portieren, bagageruimte en tankklep.
Door aan de binnenste portierhandgreep te trekken wordt het desbetreffende portier ontgrendeld. Door nog eens aan de handgreep te trekken gaat het portier open.
Let op Bij een ongeval waarbij de airbags of gordelspanners in werking treden, wordt het voertuig automatisch ontgrendeld.
Let op Wanneer na ontgrendeling met de afstandsbediening geen van de portieren word geopend, worden deze na korte tijd automatisch opnieuw vergrendeld. Een voorwaarde is dat de instelling is geactiveerd in de persoonlijke instellingen
Werking van afstandsbediening
Ontgrendelen
indrukken.
De ontgrendelmodus kan in het menu Persoonlijke instellingen in het Info- Display worden ingesteld. U kunt twee instellingen selecteren:
- Alle portieren, de bagageruimte en de tankklep worden met één druk op ontgrendeld.
- Alleen het bestuurdersportier, de bagageruimte en de tankklep worden met één druk op c ontgrendeld. Om alle portieren te ontgrendelen, drukt u tweemaal op .
Selecteer de betreffende instelling in Instellingen, Voertuig op het Info- Display.
U kunt de instelling opslaan voor de gebruikte afstandsbediening.
Vergrendelen Portieren, bagageruimte en tankklep sluiten.
indrukken.
Bij een niet goed gesloten bestuurdersportier werkt de centrale vergrendeling niet.
Bevestiging De werking van de centrale vergrendeling wordt bevestigd door de alarmknipperlichten.
Een voorwaarde is dat de instelling in de persoonlijke instellingen is geactiveerd.
Werking elektronisch sleutelsysteem
De elektronische sleutel moet zich binnen een bereik van ongeveer één meter van het betreffende portier buiten de auto bevinden.
Ontgrendelen
Druk op de knop op de betreffende buitenkruk en trek aan de kruk.
De ontgrendelmodus kan in het menu Persoonlijke instellingen in het Info- Display worden ingesteld. U kunt twee instellingen selecteren:
- Alle portieren, de bagageruimte en de tankklep worden met één druk op de knop op een van de buitenkrukken ontgrendeld.
- Alleen het bestuurdersportier, de bagageruimte en de tankklep worden met één druk op de knop op het bestuurdersportier ontgrendeld. Om alle portieren te ontgrendelen, drukt u tweemaal op de toets.
U kunt de instelling wijzigen in het menu Instellingen op het Info-display.
Vergrendelen
Druk op de knop op een van de buitenkrukken.
Alle portieren, de bagageruimte en de tankklep worden vergrendeld.
Het systeem vergrendelt als een van de volgende dingen gebeurt:
- Het ontgrendelen vond meer dan vijf seconden geleden plaats.
- De knop op een buitenkruk is tweemaal ingedrukt binnen vijf seconden om de auto te ontgrendelen.
- Er is een portier geopend en alle portieren zijn nu gesloten.
Als het bestuurdersportier niet goed gesloten is, de elektronische sleutel in de auto blijft of het contact niet uit is, is vergrendeling niet toegestaan.
Als er twee of meer elektronische sleutels in de auto's zijn geweest en het contact één keer aan was, worden de portieren vergrendeld, zelfs als er maar één elektronische sleutel uit de auto wordt genomen.
Ontgrendelen en openen van de achterklep U kunt de achterklep handsfree ontgrendelen en openen door uw voet onder de achterbumper te bewegen of door op de tiptoets onder het merkembleem te drukken wanneer de elektronische sleutel in de buurt is.
De portieren blijven vergrendeld.
Bediening met toetsen op de elektronische sleutel
De centrale vergrendeling kan ook worden bediend met de toetsen op de elektronische sleutel.
Druk op om te ontgrendelen.
Druk op om te vergrendelen.
Druk tweemaal op om alleen de elektrische achterklep te ontgrendelen en te openen. Om onbedoeld openen van de achterklep te voorkomen, moet langer worden ingedrukt dan bij het vergrendelen of ontgrendelen.
Bevestiging De werking van de centrale vergrendeling wordt bevestigd door de alarmknipperlichten.
Een voorwaarde is dat de instelling in de persoonlijke instellingen is geactiveerd.
Centrale vergrendelingsknoppen
Vergrendel of ontgrendel alle portieren, de bagageruimte en de tankklep vanuit het interieur met een schakelaar in het paneel van het bestuurdersportier.
Druk op om te vergrendelen.
Druk op om te ontgrendelen.
Bediening met de sleutel bij een storing in de centrale vergrendeling
In geval van een storing, bijvoorbeeld omdat de accu of de batterij van de afstandsbediening/elektronische sleutel leeg is, kunt u het bestuurdersportier met de mechanische sleutel vergrendelen en ontgrendelen.
De slotcilinder in het bestuurdersportier wordt met een kap afgedekt.
Afstandsbediening: u verwijdert de kap door de sleutel in de uitsparing onderin de kap te steken en de sleutel naar boven te kantelen.
Elektronische sleutel: u verwijdert de kap door de knop aan de achterkant in te drukken en het sleutelblad uit het huis te trekken. Steek de sleutel in de uitsparing onder in de kap en kantel de sleutel omhoog.
Handmatig ontgrendelen
U ontgrendelt het bestuurdersportier handmatig door de sleutel in de slotcilinder te steken en te draaien.
U kunt de andere portieren openen door twee keer aan de binnenkruk te trekken of door op in het paneel van het bestuurdersportier te drukken. De bagageruimte en de tankklep worden mogelijk niet ontgrendeld.
Als u het contact inschakelt, wordt het vergrendelingssysteem uitgeschakeld.
Handmatig vergrendelen
Duw in het interieur op de vergrendelknop van alle portieren behalve die van het bestuurdersportier of druk op in het paneel van het bestuurdersportier.
Sluit vervolgens het bestuurdersportier en vergrendel deze vanaf de buitenkant door de sleutel in het slotcilinder te draaien.
De tankklep en de achterklep worden mogelijk niet vergrendeld.
Bedek, na het vergrendelen, de slotcilinder met de kap: steek de onderkant van de kap in de uitsparingen, kantel de kap en duw ertegen tot hij aan de bovenkant ingrijpt.
Zie ook:
Citroen C4. Bagagedek (service-uitvoering)
Hiermee kunt u het interieur aan het oog onttrekken, als aanvulling op de
hoedenplank.
Aanbrengen
Bevestig klem A aan stang B en rol het bagagedek uit.
Opbergen
Rol het bagagedek ...
Citroen C4. Handmatig verstellen
Als u dat wenst, kunt u de automatische bediening van het systeem
handmatig aanpassen. De controlelampjes in de toets "AUTO" gaan uit; de
overige functies blijven automatisch geregeld.
Druk op ...